-
1 iemand het vuur na aan de schenen leggen
iemand het vuur na aan de schenen leggen〈 ondervragen〉 harceler qn. de questions; 〈 het hem moeilijk maken〉 mettre qn. au pied du murDeens-Russisch woordenboek > iemand het vuur na aan de schenen leggen
-
2 iemand het vuur na aan de schenen leggen
iemand het vuur na aan de schenen leggenmake it/things hot for someoneVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > iemand het vuur na aan de schenen leggen
-
3 vuur
♦voorbeelden:vuur en vlam spuwen • lancer feu et flammesBengaals vuur • feu de Bengalehet heilige vuur hebben • avoir le feu sacréik heb wel voor heter vuren gestaan • j'en ai vu d'autresop een laag, zacht vuurtje • à feu douxeen vuur aanleggen • allumer un feuiemand een vuurtje geven • donner du feu à qn.iemand het vuur na aan de schenen leggen • 〈 ondervragen〉 harceler qn. de questions; 〈 het hem moeilijk maken〉 mettre qn. au pied du murhet vuur uit zijn sloffen lopen • faire feu des quatre fersmag ik wat vuur? • auriez-vous du feu?haar ogen schoten vuur • ses yeux lançaient des éclairseen vuurtje stoken • 〈 letterlijk〉 allumer un feu (de bois); 〈 figuurlijk〉 mettre le feu aux poudresvuur vatten • prendre feu〈 figuurlijk〉 voor iemand door het vuur gaan • se jeter au feu pour qn.door vuur vergaan • périr dans les flammesin vuur opgaan • être consumé par le feuhet huis staat in vuur en vlam • la maison est en flammesin het vuur van zijn betoog • dans le feu du discoursiets met vuur verdedigen • défendre qc. avec passionde vijand onder vuur nemen • ouvrir le feu sur l'ennemieen land te vuur en te zwaard verwoesten • mettre un pays à feu et à sangeen land te vuur en te zwaard veroveren • conquérir un pays par le fer et par le feu〈 figuurlijk〉 iets te vuur en te zwaard verdedigen • défendre qc. à feu et à sangtussen twee vuren zitten • être pris entre deux feuxiets uit het vuur slepen • se démener pour obtenir qc.zo rood als vuur zijn • être rouge comme une pivoineals een lopend vuurtje rondgaan • se répandre comme une traînée de poudre -
4 vuur
1 [lichtend verschijnsel] fire2 [(plaats van) brandende stoffen] fire3 [het schieten met vuurwapens] fire6 [bederf in hout] (dry) rot7 [brand in het koren] blight♦voorbeelden:het huis staat in vuur en vlam • the house is in flamesin vuur en vlam zetten • set ablaze/on fire 〈 ook figuurlijk〉een land te vuur en te zwaard verwoesten • destroy a country by fire and swordeen vuur aanleggen/oppoken • lay/poke a fireeen vuur aansteken • light a fire〈 figuurlijk〉 iemand het vuur na aan de schenen leggen • make it/things hot for someoneeen vuur uitdoven • put out/extinguish a fireeen pan op het vuur zetten • put a pan on the stove3 het vuur openen/staken • open/cease firede vijand onder vuur houden • keep the enemy under firetussen twee vuren zitten • 〈 ook figuurlijk〉 get caught in the middle/in the firing lineiets met vuur verdedigen • defend something hotly -
5 hot
adj. heet, warm; pikant, scherp; dat een discussie uitlokt; vers (met betrekking tot kleuren) heel licht, intense (zoals een "fel roze jurk"; opwindend, nieuw; gewelddadig, vurig (over muizek, enz.); (Slang) boos, woedend (Bv. "Pas op, de baas is woedend"); (Slang) gestolen ( Bv. "Tom heeft DVD apparatuur gestolen"); (Slang) lichamelijk aantrekkelijk--------adv. vol enthousiasme, vol vuurhot1[ hot] 〈bijvoeglijk naamwoord; hotter〉1 heet ⇒ warm, gloeiend; scherp, pikant; vurig, hartstochtelijk; heetgebakerd; 〈 informeel〉 geil, opgewonden; 〈informeel; techniek, technologie〉 radioactief♦voorbeelden:〈 voornamelijk meervoud〉 hot flush, 〈 voornamelijk Amerikaans-Engels〉hot flash • opvlieger, opvlieging〈 slang〉 hot number • hete meid/bliksemwith two policemen in hot pursuit • met twee agenten op zijn hielen/in een wilde achtervolginghot spring/well • heet/warmwaterbrongo hot and cold • het (beurtelings) warm en koud krijgenhot and bothered • geërgerd, geprikkeldam I getting hot? • word ik warm? 〈 al radend〉like a cat on hot bricks/ 〈 Amerikaans-Engels〉 a hot tin roof • benauwd, niet op zijn gemaksell like hot cakes • als warme broodjes de winkel uitvliegenget hot under the collar • in drift/woede ontstekenstrike while the iron is hot • het ijzer smeden als het heet isa hot potato • een heet hangijzerdrop someone like a hot potato/coal • iemand als een baksteen laten vallenbe hot on someone's track/trail • iemand na op het spoor zijn/op de hielen zittenbe in/get into hot water • in de problemen zitten/rakenmake it/the place/things (too) hot for someone • iemand het vuur na aan de schenen leggennot so hot • niet zo goed/geweldighot on astrology • gek op/bedreven in astrologie————————hot2〈 bijwoord〉1 heet♦voorbeelden: -
6 Nacken
Nacken〈m.; Nackens, Nacken〉♦voorbeelden:den Nacken steif halten • stijf op zijn stuk staanjemandem im Nacken sitzen • (a) iemand op de hielen zitten; (b) iemand het vuur na aan de schenen leggenjemanden im Nacken haben • door iemand achternagezeten worden -
7 press
n. pers; druk--------v. persen; drukken; aandringen; pressen; strijkenpress1[ pres] 〈 zelfstandig naamwoord〉2 drukpers7 druk9 muurkast♦voorbeelden:get a good press • een goede pers krijgenat/in (the) press • ter perseoff the press • van de pers→ yellow yellow/————————press2♦voorbeelden:press down (up)on someone • op iemand drukkenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 drukken ⇒ duwen, klemmen6 pressen ⇒ druk uitoefenen op, aanzetten♦voorbeelden:press a metaphor • een metafoor letterlijk opvattenbe pressed for money/time • in geld-/tijdnood zittenpress something upon someone • iemand iets opdringen¶ press home one's point of view • zijn zienswijze doordrijven/zetten -
8 hoop
n. hoepel; hoepelrok; ring, band--------v. het moeilijk hebben; een beproeving doorstaan; gestraft wordenhoop1[ hoe:p] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:put someone through the hoop(s) • iemand het vuur na aan de schenen leggen————————hoop2〈 werkwoord〉2 → whoop whoop/ -
9 jemandem im Nacken sitzen
jemandem im Nacken sitzenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem im Nacken sitzen
-
10 make it/the place/things (too) hot for someone
make it/the place/things (too) hot for someoneEnglish-Dutch dictionary > make it/the place/things (too) hot for someone
-
11 press someone hard
-
12 put someone through the hoop(s)
-
13 gril
gril [grie(l)]〈m.〉2 rooster ⇒ raster, roostervloer♦voorbeelden:tenir qn. sur le gril • iemand het vuur na aan de schenen leggenm1) grill, braadrooster2) rooster, raster -
14 tenir qn. sur le gril
tenir qn. sur le gril -
15 Balg
Balg1〈m.; Balg(e)s, Bälge〉3 buik, romp♦voorbeelden:1 〈 informeel〉 jemandem auf den Balg rücken • (a) bijna op iemands schoot gaan zitten; (b) iemand het vuur na aan de schenen leggen¶ 〈 spreekwoord〉 der Fuchs ändert den Balg und behält den Schalk • een vos verliest wel zijn haren, maar niet zijn streken————————Balg2〈m. & o.; Balg(e)s, Bälge(r)〉 〈 informeel〉2 jong, kleintje -
16 Hölle
Hölle〈v.; Hölle, Höllen〉♦voorbeelden:zur Hölle mit euch! • lopen jullie naar de hel! -
17 jemandem auf den Balg rücken
jemandem auf den Balg rückenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem auf den Balg rücken
-
18 jemandem die Hölle heiß machen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > jemandem die Hölle heiß machen
-
19 pays
pays1 [pee.ie]〈m.〉1 land5 streek♦voorbeelden:pays membre • lidstaatpays en voie de développement • ontwikkelingslandpays donateur • donorlandhaut pays • hooglandpays plat, plat pays • laagland, vlaktecourir les pays, voir du pays • reizencourir le pays • stad en land aflopen4 un pays perdu • een uithoek, gatarriver de son pays, être bien de son pays • naïef zijnfaire voir du pays à qn. • iemand 't vuur na aan de schenen leggenêtre en pays de connaissance • op bekend terrein zijn————————pays2 [pee.ie],payse [pee.iez]〈m., v.〉1 streekgenoot, -genote ⇒ land-, stad-, dorpsgenootm1) land2) vaderland4) dorp, stadje
См. также в других словарях:
Feuer — Er ist gleich Feuer und Flamme sagt man von jemand, der sich schnell für etwas begeistert, dessen Leidenschaft schnell aufwallt, der im Nu Feuer fängt wie leicht entzündbarer Stoff; das so entfachte Feuer brennt zuerst lichterloh, hält aber meist … Das Wörterbuch der Idiome